Jan Douwes

  Jan Douwes studeerde zang aan het Rotterdams Conservatorium en theologie aan de Universiteit Leiden. Zijn muzikale vorming begon met pianolessen en koorzang vanaf het achtste jaar. Vanaf 1991 was hij lid van verschillende kamerkoren in binnen- en buitenland. Daarnaast nam hij deel aan een groot aantal koorprojecten. Hij volgde vanaf 2000 zanglessen bij onder anderen Carolyn Watkinson, Frans Huijts en David Wilson - Johnson. In april 2006 studeerde hij af bij Roberta Alexander. Jan Douwes volgde masterclasses van onder meer Elisabeth Söderström, Thomas Quasthoff, Jard van Nes, Rachel-Ann Morgan, Hans Peter Blochwitz, Robert Holl, Nico van der Meel, Kelvin Grout en Meinard Kraak. Hij vertolkte solopartijen in o.m. J.S. Bach’s Matthäus Passion, Johannes Passion, ‘Lieder eines fahrenden Gesellen’van G. Mahler, diverse cantates van Bach en Mozart, ‘Magnificat’ van C.P.E. Bach, ‘Samson’ en ‘Saul’ van Handel, ‘Petite Messe Solennelle’ van Rossini, ‘Via Crucis’ van Liszt, ‘Requiem’ van G. Fauré, Polnì Mše van B. Martinú, ‘Passio’ van Arvo Pärt en speelde de rol van Tiger Brown in ‘Die Dreigroschenoper’ van Kurt Weill. Ook maakte hij deel uit van het vocale ensemble in ‘Orfeo’ van Monteverdi door Xynix Operaproducties. Hij was te zien in de opera ‘Curlew River’ van Benjamin Britten door Muziektheater Hollands Diep. In 2007 was hij als gastlid verbonden aan OperaStudio Nederland. In februari 2008 zong hij de mannelijke titelrol in ‘Apollo e Dafne’ van Händel, een productie van de Internationale Händel-Akademie i.s.m. het Badisches Staatstheater te Karlsruhe (D). In 2010 nam hij deel aan 'Inflatable Trust Inc.' van Fast Opera Productions en zong hij Alidoro in de productie van 'La Cenerentola' (RAP) door de Nationale Reisopera. Naast het vervullen van solopartijen in cantates, oratoria en muziektheater-producties heeft ook de kamermuziek zijn aandacht; Jan Douwes is met regelmaat te beluisteren in recitals met werk van uiteenlopende componisten.

(Juni 2013)