Oude Jeroenskerk
De Oude Jeroenskerk. Foto (2007): Jaco van Leeuwen.
Om de Oude Jeroenskerk (ook wel bekend als Grote of St.
Jeroenskerk) te kunnen vinden heeft u geen
routebeschrijving nodig: U begeeft zich naar Noordwijk-Binnen, en daar ziet u
het gebouw vanzelf staan. Het adres is Voorstraat
44, 2201 HW Noordwijk.
In de Oude Jeroenskerk organiseert de Stichting "Muziek in Jeroen" geregeld concerten, waarin
het Knipscheer-orgel dikwijls betrokken wordt. De kerk is een plaats van
samenkomst van de Protestantse Gemeente van Noordwijk-Binnen
(zie
www.pkn-noordwijk.nl). De onderstaande beschrijving van het kerkgebouw is
grotendeels ontleend aan het informatieblad dat u bij een bezoek in de kerk
aantreft.
De kerk is genoemd naar de martelaar Jeroen. Hij zou de eerste pastoor van
Noordwijk genoemd kunnen worden. Door de Noormannen werd hij in het jaar 856 onthoofd. Zijn hoofd zou
volgens de overlevering nog ergens in de kerk begraven liggen, maar niemand weet waar. In het koor is in 1983 een schedel opgegraven, maar onderzoek heeft uitgewezen dat dit de schedel van een jonge man is geweest en dus zeker niet van Jeroen. Noordwijk was, voor de
reformatietijd, een bedevaartsoord vanwege de verering van Jeroen.
Tussen de dood van Jeroen (in 856) en de
schenking van de kerk van Noordwijk aan de abdij
van Egmond (vóór 988) is op de plaats van de
huidige Oude Jeroenskerk een houten kerk
gebouwd. Vermoedelijk bouwde men aan het begin
van de 12e eeuw als opvolger een nieuwe,
tufstenen kerk (eenbeukig) met waarschijnlijk
een rechthoekig koor. Aan het begin van de 13e
eeuw werd een vrijstaande (romano-gotische)
toren toegevoegd (2 geledingen, hoogte 13 m). Na
1303 voegde men nog 3 geledingen toe (21 meter).
Toen kreeg de toren de huidige hoogte (inclusief
spits 40 meter). In de bovenste geleding
bevinden zich spitse driepasnissen. In de 13e
(of begin 14e) eeuw werd het schip met bakstenen
bekleed en door verlenging verbonden met de
toren. Kort na 1311 vond men in de kerk een
schedel. Men was er van overtuigd dat dit de
schedel van Jeroen was. Pelgrims begonnen vanaf
dat moment toe te stromen. In 1429 kreeg
Noordwijk van de bisschop van Utrecht de status
van bedevaartsoord.
Na de grote brand van 1450 (maar ook reeds
daarvoor: in 1415 en 1444 werd geld geleend voor
verbouwingen) vonden er werkzaamheden aan de
kerk plaats. Dankzij inkomsten uit de bedevaart
kon een grote kruiskerk worden gebouwd. De
zijbeuken werden aan weerskanten van de toren
doorgetrokken. Doordat tijdens de Spaanse
bezetting het kerkbestuur d.m.v. brandschatting
de verwoesting van de kerk afkocht werd de kerk
gespaard. In 1573 ging de kerk over van de
katholieke naar de reformatorische leer.
De kerk is grondig gerestaureerd in de jaren 1970-1975.
Enige jaren later (1978) is het zuiderportaal aangebracht. Dit portaal is een reconstructie aan de hand van een 17e-eeuws schilderij van
Gerrit Adriaensz Berckheyde
(1638-1698) dat zich bevindt in een museum te Göteborg (Zweden).
Interieur van de Oude Jeroenskerk te Noordwijk. Foto (2003): Jaco van
Leeuwen.
De kerk is een gotische kruiskerk. U komt binnen via de zuidbeuk. Als u rechtsaf slaat ziet u aan uw rechterhand, in het zuid-transept, het Douza-monument uit 1792. Dit is gewijd aan het geslacht Van der Does of Douza. Het stenen medaillon toont Jan van der Does, Heer van Noordwijk, die gouverneur van de stad Leiden was tijdens het beleg in 1574. Een oude gravure naast het hek toont zijn portret.
Het Douza-monument uit 1792. Foto (2005): Jaco van Leeuwen
Door het koorhek betreedt u het koor. Dit is naar het oosten gericht, naar Jeruzalem. Op het koorhek ziet u drie tekstborden uit 1650. Vanuit het dwarsschip kunt u daarop lezen:
- het Onze Vader
- de Tien Geboden
- de Geloofsbelijdenis
De tekst stamt uit een bijbelvertaling die ouder is dan de Statenvertaling uit 1637.
Tekstbord uit 1650 met de Tien Geboden. Foto (1993): Jaco
van Leeuwen.
Binnen de halve cirkel van de koorbanken uit 1636 ziet u een roze tegel, waarop een Grieks kruis staat afgebeeld. Dit is een stukje van het vroegere hoofdaltaar. Hieronder is de grafcel, waarin men meende de schedel van Jeroen te vinden.
Detail van de koorbanken uit 1636. Foto (2005): Jaco van Leeuwen
Aan de noordkant van het koor bevindt zich de herbouwde sacristie (consistorie). Aan de muur hangt een uit hout gesneden wapen van Noordwijk. Dit is overgebleven van de burgemeestersbank, die verloren is gegaan. Ook ziet u hier gravures van de predikanten Sartorius en Scharp en een oude predikantenlijst.
In de jaren 2008/2009 is eveneens aan de
noordkant van het koor een aanbouw verrezen
met twee kamers en een
keuken/ontvangstruimte.
Terug via het koor komt u in het noorder-dwarsschip. U staat nu voor de familiebank uit 1751 van de familie Van Limburg Stirum.
De bank is bewerkt met snijwerk in Lodewijk XV-stijl, vervaardigd door Francis Maas uit
Den Haag. Het familiewapen erboven is niet oorspronkelijk: het is in 1904
gesneden door J. van der Loo.
Naast de gravenbank hangt een gedenkbord van de Noordwijkse Schutterij (1477-1977).
Van Limburg Stirum-familiebank uit 1751. Foto (1993): Jaco van Leeuwen.
Voor de banken liggen twee zeer goed bewaard gebleven gotische grafzerken.
Afgebeeld zijn Ambachtsheer Jan van der Bouchorst (met leeuw) en Vrouwe Elisabeth (met windhond). Ernaast: Floris van der Bouchorst en Jana van Schagen.
Grafsteen van Jan van der Bouchorst en Vrouwe Elisabeth, uit ca. 1479.
Foto (2006): Jaco van Leeuwen
U gaat nu naar de avondmaalstafel en de kansel uit de zeventiende eeuw. De oude borden op de kansel geven nog elke zondag de beginpsalm en het slotgezang aan.
De doopvont, naast de kansel, stamt waarschijnlijk uit de tweede helft van de
vijftiende eeuw. Hij is vervaardigd van Naamse hardsteen en heeft een
achtzijdige kuip, met aan de rand vier koppen. De hoogte van de vont bedraagt
128 cm en daarmee is deze de hoogste in zijn soort van Nederland.
De 15e-eeuwse doopvont. Foto (1988): Jaco van Leeuwen.
Aan de noordmuur, tegenover de kansel, hangt een groot tekstbord uit 1638. Bovenaan ziet u het wapen van prins Frederik Hendrik.
U gaat nu langs het bord, door de noordbeuk, naar het westen, in de richting van het orgel. Het orgel is in neo-empirestijl gebouwd door
Hermanus Knipscheer II in 1840. Het was een geschenk van Ds. G. Kuyper en zijn vrouw
A.C. Pennewart. Onder de trap naar het orgel ziet u een gedenksteen. Het orgel
is in 2000 grondig gerestaureerd door de firma Flentrop uit Zaandam en sindsdien
wordt het instrument veelvuldig gebruikt in de diensten en bij concerten
(lunchconcerten op alle dinsdagen in mei; zomerconcerten op donderdagavonden in
juli/augustus).
Historische foto (jaren '40) van het interieur van de Oude Jeroenskerk. De
vleugelstukken met sierlijsten aan weerszijden van de orgelkas zijn na de restauratie van 1950 niet meer aangebracht .
Als u nu tussen de draagzuilen van het orgel gaat staan en met uw ogen de nokbalk van de kerk volgt in de richting van het koor dan ziet u een merkwaardig
verschijnsel: de as van de kerk buigt iets af naar het zuidoosten! Er zijn vier mogelijke verklaringen:
1. de bouwers hebben een meetfout gemaakt
2. het is een verwijzing naar de martelaar Jeroen: zijn hoofd viel opzij
3. het is een verwijzing naar het lijden van Jezus Christus: het koor vormt de top van het kruis
4. het koor is zo gebouwd dat op de tweede gedenkdag van St. Jeroen, op 17 oktober, de stralen van de ondergaande zon precies op het hoofdaltaar vielen.
De toren stond vóór de 15e eeuw vrij. De bouwstijl wijst op de overgang van romaans naar
gotisch. De toren werd in 1798 bij notariële
akte eigendom van de burgerlijke gemeente.
Dit op last van de Franse bezetter, die
kerktorens gebruikte voor
communicatiedoeleinden. Bij de restauratie van
de kerk in 1904 werd de oorspronkelijke toegang van de kerk tot de toren hersteld. De dorpel van deze ingang ligt 65 cm lager dan het niveau van de kerk. De toren is
inclusief spits 40 meter hoog en de torentrap heeft 110 treden. De muren zijn 2 meter dik. In de toren bevinden zich twee strafcellen, die nog tot 1860 dienst hebben gedaan.
In 1926 vond een ingrijpende
torenrestauratie plaats.
In de toren bevinden zich twee luidklokken. De grote luidklok weegt 820 kg
en is in 1677 gegoten door de beroemde
klokkengieter Hemony. De kleine luidklok
stamt uit ca. 1952 en is vervaardigd door
klokkengieterij Eijsbouts te Asten. Verder
nog 2 klokken, ook uit ca. 1952 van
Eijsbouts. In de toren bevindt zich ook een
kleine klok van Johannes Ouderogge uit 1690,
maar deze is niet aangesloten. In 2012 zijn
vier nieuwe klokken in gebruik genomen,
eveneens gegoten door Eijsbouts. Het uit
1912 stammende uurwerk is in 2011/2012
gerestaureerd.
Oude gravure van de Oude Jeroenskerk. Een plaatje 'uit het leven gegrepen'
(zie de man rechts bij de muur).
De kerk is in de maanden juni,
juli en augustus (en september tot
Monumentendag) iedere zaterdag
te bezichtigen van 13.00 uur tot 16.00 uur.
Ook is op deze zaterdagen de toren te
beklimmen.
Wilt u kerkdiensten bijwonen
dan bent u iedere zondag om 10.00 uur
welkom. Iedere tweede zondag van de maand is er om 19.00 uur een vesperviering
in het koor van de kerk, m.m.v. het Vesperkoor Noordwijk o.l.v. cantor-organist
Jaco van Leeuwen.
Op 27 augustus 2005 vond in de (toen nog zogeheten) Grote of St. Jeroenskerk te Noordwijk de kerkelijke inzegening
plaats van het huwelijk van Zijne Hoogheid
Prins Pieter-Christiaan van Oranje-Nassau-van Vollenhoven en Anita van Eijk.
Meer informatie over de
Protestantse Gemeente Noordwijk vindt u op
www.pkn-noordwijk.nl
Literatuur:
1. J. Kloos: Noordwijk in de loop der eeuwen. 1928. In de boekwinkels is een fotografische herdruk te verkrijgen.
2. G. Scheepstra, architect (tekst en tekeningen):
Het Kerkgebouw der Ned. Herv. Gemeente Noordwijk-Binnen, Eenige grepen uit zijn historie. Uitgave van de Kerkvoogdij. Gedrukt door J. Kleton, 1946.
3. W. van Hilten: Noordwijk als bedevaartplaats (met o.a. een verslag van de opgravingen in 1983).
4. Regn. Steensma: Opdat de ruimten meevieren. Een studie over de spanning tussen liturgie en monumentenzorg bij de herinrichting en het gebruik van monumentale hervormde kerken. Bosch en Keuning, 1982. Een hoofdstuk is gewijd aan de Grote of St. Jeroenskerk. Het bevat veel gegevens over de restauratie.
5. W.Th.J.M. Hekkens, J.L.
Salman, H. Salman (e.a.): Aan Zee en op de
Geest. Een nieuwe geschiedenis van
Noordwijk.
Stichting Geschiedschrijving Noordwijk,
Noordwijk, 2011. |